zondag, mei 19, 2013

Keynesiaanse werkverschaffing, of waarom we een nieuwe Cornelis Lely nodig hebben.

Vandaag haalde PvdA-kopstuk Rick van der Ploeg het nieuws door vast te stellen dat Nederland aan budgettaire anorexia leidt en dat de tijd rijp is voor werkgelegenheidsprojecten zoals we die in de dertiger jaren van de vorige eeuw hadden. Nu is de economische onderbouwing van de collectieve bezuinigingsdrift waar de Westerse geïndustrialiseerde landen zich in gestort hebben op zijn zachtst gezegd op losse schroeven komen te staan. Dus daar slaat Van der Ploeg wellicht de spijker op de kop.

Waar Van der Ploeg echter naïef in is, is het idee dat mensen een schep in de handen duwen veel op gaat leveren. Dat werkte in de crisisjaren '30 van de twintigste eeuw om een aantal redenen nog wel. Veel arbeid was toen nog niet gemechaniseerd of dusdanig recent gemechaniseerd dat het niet op heel grote weerstand stuitte om dingen weer op de oude manier te doen. En verder waren er ook nog wat stevige projecten te gaan die zich hiervoor leenden, de inpoldering van grote stukken van het IJsselmeer bijvoorbeeld. Intussen zijn we tachtig jaar verder en hebben links en rechts in een soort perverse eendracht door falende industriepolitiek en verkalkte arbeidsmarktverhoudingen de industriële basis naar de nu opkomende landen helpen verhuizen. Wat overbleef was kennis-, kapitaal- en energie-intensief. Dat is niet iets wat je even omkeert door tienduizenden mensen een schop of een soortgelijk handgereedschap in handen te drukken. Ze tomaten te laten plukken of asperges laten steken is dan haast nog zinniger, al valt daar ook het nodige op af te dingen.

Anderzijds is de opmerking van Van der Ploeg wellicht briljant. Want de huidige kennis-, kapitaal- en energie-intensieve bedrijfstakken in Nederland lopen ook tegen een muur op. Kennis vinden we gezien het ontbreken van zelfs een adequaat primair onderwijs in Nederland niet meer interessant, al het holle geblaat over kenniseconomie ten spijt. Kapitaal hebben we sinds de bankencrisis niet meer voorhanden. Energie lijkt vooralsnog alleen maar duurder te worden. Maar een soort opmaat voor een terugkeer naar een pre-industrieel Nederland lijkt Van der Ploeg niet voor ogen gehad te hebben.

Maar in het verlengde hiervan zou het helemaal geen verkeerd idee zijn om in ieder geval één megaproject op tafel te leggen waarmee de Nederbelgische waterbouwsector een decennium of zo zoet mee zou kunnen zijn: ons grootste probleem met de omslag naar duurzaam opgewekte energie is de wispeltuur van het aanbod. Onze zuiderburen hebben dat al eerder onder ogen gezien (want geen Slochters gasveld waarvan naar believen de kraan open- en dichtgedraaid kan worden en overwegen serieus een energie-eiland. Waar kenden we dat idee ook alweer van? Oh ja, van onze eigen Lievense!

Mijn suggestie zou zijn om eens een maatje groter te denken: een energie-eiland zo groot als het hele IJsselmeer iets benoorden de Doggersbank. Want daar komen ongekend grote windturbineparken samen en zit je net op een mooie afstand van het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, Denemarken, Duitsland en Nederland. Met de hedendaagse HVDC-technieken is het haalbaar om de elektriciteitsnetwerken van zo ongeveer alle leden van de Noordzeeconferentie aldaar aan elkaar te knopen. Met misschien nog als optie een lijn naar IJsland. En ja, daar gaan miljarden in zitten, maar dan kunnen we een deel van de aanstormende ellende anders een stuk beter mee pareren dan met een "gasrotonde" die ons alleen maar afhankelijk van autocraten zoals Poetin gaat maken.